De zanglijster

(24-06-2006) Het is een zonnige meimorgen, als de nachtegaal in het hakhoutboske erg mooi zingt. Zijn gezang klinkt zo indringend zoals alleen nachtegalen dat kunnen. Nu overal de zomereiken met hun mooiste bronsgroen getooid zijn, wordt er volop aan dit groen geknaagd. In deze tijd van het jaar zijn het vooral de 2 centimeter kleine groene rupsjes van de eikenbladroller die in grote aantallen schranzen van het voedzame eikengroen. Na de zoveelste vervelling zijn ze de laatste dagen wat trager geworden. Vanmorgen vroeg lieten de eerste rupsjes, zich aan de door hen zelf gesponnen spinseldraden naar beneden zakken. Door de morgenzon beschenen, lijken de spinseldraden wel van zilver te zijn. In de afgelopen dagen zag ik de kauwkes, in hun mooie zwarte verenpak, hun keelzakken vullen met rupsjes voor hun jongen, die op het wegdek waren terecht gekomen. Parmantig, bijna deftig als deftige dames, stappen de kauwkes, met hun licht blauwe oogjes en grijze kruin, oplettend over het wegdek. Na enige tijd komen ook de spreeuwen op deze enorme voedselvoorraad af. Druk pikkend laden ze hun botergele bekken vol en vliegen in snelle vlucht richting dorp om ergens onder een dakpan hun bedelende jongen te voeren. Steeds meer kauwkes hebben deze voedselbron ontdekt. Opvallend is dat, in tegenstelling tot de kauwkes, de spreeuwen steeds maar ruziën, terwijl het wegdek ligt bezaaid met voedsel. Ik zie dat er op de asfaltweg kauwkes, spreeuwen en een paartje witte kwikstaarten de rupsjes oppikken die vanuit de daar staande eikenbomen zijn neergedaald. Regelmatig moeten de vogels vluchten als auto's met veel geraas en hoge snelheid, geen oog hebbend voor dit tafereel, voorbijrazen. Vanuit de berm verschijnt een zanglijster, hij pikt een aantal rupsjes op en vliegt naar een bloeiende meidoornstruik op de hoek van het zandweggeske. De meidoornbloemekes hangen als een witte bruidsluier over de struik. In deze meidoorn ligt het zanglijsternest verborgen met daarin vijf jongen die al een dag of acht oud zijn. Afwisselend vliegen beide ouders af en aan met de rupsjes. Ik ben naast mijn fiets gaan staan om dit alles te mogen ondergaan. Weer flitst er een auto over het asfalt. De kauwkes en spreeuwen vliegen op, er volgt een doffe plof. Ik zie aan de bruine kleur van de rugveren en vleugels dat de zanglijster tegen de voorruit van de auto is gekomen. Enkele meters verder valt de zanglijster op het asfalt. Snel zet ik mijn fiets aan de kant om te kijken of er nog wat te redden is. Nog een paar keer gaat het lichtgele en met donkere vlekken bezette borstje, op en neer. Als ik bij de zanglijster aankom draait hij zijn lichtbruine kopje naar rechts en schuift er een lichtblauw vliesje voorgoed voor de mooie donkere ogen. Bij het oprapen voel ik zijn warme, slappe lijfje, waarin het bonzen van het hartje voorgoed is gestopt. Terwijl ik naar het slappe zanglijsterlijfje kijk, komt er een brok in mijn keel. Ik besluit het lijfje in de berm van het zandweggeske neer te leggen. Ik ben onderweg naar mijn werk, op een vroege morgen die met zoveel moois was begonnenmaar die eindigt al vroeg met deze gebeurtenis. De praktijk van alle dag is dat er in de komende dagen nog meer vogels op een zelfde wijze om het leven zullen komen. Ik weet uit ervaring dat het nest met jongen zal sterven, omdat de overgebleven zanglijster de steeds groter wordende jongen niet van voldoende voedsel kan voorzien. Ik had er zoveel van verwacht toen het mannetje half februari, na zijn terugkeer uit Frankrijk, vanuit een oude eik nabij de meidoornstruik zijn “marie, marie, rietje rietje”- zang luid en vol passie voordroeg. Weken lang kon ik hem iedere morgen op weg naar de heemtuin bewonderen en van zijn mooie zang genieten. Ik heb ze samen met nestmateriaal in de meidoorn zien vliegen om het nest te bouwen. Ik heb ze samen modder zien scheppen om de binnenkant van het nest mee in te smeren. Ik heb ze in de berm van het zandweggeske huisjesslakken zien zoeken en deze stuk zien slaan op een oude stoeptegel. Ik heb ze bij een huis op een gazon regenwormen uit de grond zien trekken. De smaak van deze prachtige waarnemingen is zoet en doet het verdrietige gevoel enigszins wegebben. Natuurtip: Zie vooral de schoonheid van de natuur en onze afhankelijkheid als mens ervan in. Dankzij Moeder Natuur zijn op we geboren en klopt ons hart. Terug naar overzicht